-
1 water discipline
waterdiscipline (beperkte toegestane hoeveelheid water om te drinken in verband met watergebrek) -
2 water power
n. kracht veroorzaakt door de val van een grote hoeveelheid water (om machines aan te drijven), turbinewaterkracht -
3 waterlevel
n. watermeter om hoogte van het waterpeil aan te geven in een goot of u-vormige tube; bepaling van hoeveelheid water in een gegeven massa water; waterlinie -
4 hydremia
n. overdadige hoeveelheid water in bloed -
5 Wassermenge
-
6 body
n. fysieke verschijning van persoon of dier, lichaam; lijf; blok; grote hoeveelheid, massa; groep (van mensen, dingen, ideeen, etc.); substantie; menselijk wezen[ boddie] 〈meervoud: bodies〉1 lichaam ⇒ romp, lijk4 〈 benaming voor〉 voornaamste deel ⇒ grootste/centrale deel, kern, meerderheid; schip 〈 van kerk〉; casco, carrosserie 〈 van auto〉; romp 〈 van vliegtuig〉; klankkast 〈 van instrument〉6 voorwerp ⇒ object, lichaam♦voorbeelden:keep body and soul together • in leven blijvena dead body • een lijkthey left in a body • ze vertrokken als één manheavenly bodies • hemellichamen7 a wine with a good body • een volle/rijke wijn -
7 still
adj. stil; stilte; distilleerketel--------adv. nog; toch; ondanks ; hoewel--------n. distilleerketel; stilte; stilstaand beeld (v. film), foto--------v. stillen, (doen) bedaren; tot bedaren brengen, kalmerenstill1[ stil] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 stilte ⇒ rust, kalmte♦voorbeelden:————————still2〈bijvoeglijk naamwoord; stillness〉2 stil ⇒ geluidloos, gedempt3 stil ⇒ rustig, kalm♦voorbeelden:1 a still evening • een stille/windloze avondstill water • stilstaand water¶ still picture • filmfoto, stilstaand (film)beeldthe still small voice • de stem van het geweten————————still3————————still4〈 bijwoord〉1 stil4 toch ⇒ nochtans, niettemin♦voorbeelden:2 is he still here? • is hij hier nog?4 … but he still agreed • … maar hij stemde er toch mee in -
8 cut
adj. gesneden; verkorting, gedeelte; in prijs verlaagd--------n. snee; snijwond; gedeelte; dracht (van kleding)--------v. snijden; verkorten; verlagen; knippencut1[ kut] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 〈 benaming voor〉slag/snee met scherp voorwerp ⇒ (mes)sne(d)e, keep, insnijding, snijwond; hak, houw; striem, (zweep)slag5 coupure ⇒ weglating, in/verkorting8 〈 benaming voor〉in/doorsnijding ⇒ geul, kloof, kanaal, doorgraving; kortere weg♦voorbeelden:cut and thrust • (woorden)steekspel, vinnig debat————————cut21 〈 benaming voor〉scheid/bewerkbaar zijn met scherp voorwerp ⇒ (zich laten) snijden/knippen/maaien, te snijden/knippen/hakken/maaien zijn2 〈 benaming voor〉een inkeping/scheiding maken ⇒ snijden; knippen; hakken, kappen, kerven; maaien4 rennen7 〈 informeel〉een plaat maken/opnemen♦voorbeelden:1 the butter/grass cuts easily • de boter/het gras snijdt/maait gemakkelijk→ cut across cut across/, cut at cut at/, cut down cut down/, cut down on cut down on/, cut in cut in/, cut into cut into/, cut out cut out/, cut through cut through/, cut up cut up/♦voorbeelden:→ cut back cut back/1 snijden in ⇒ verwonden; stuksnijden2 〈 benaming voor〉 scheiden door middel van scherp voorwerp ⇒ (af/door/los/weg)snijden/knippen/hakken; (om)hakken/kappen/zagen3 〈 benaming voor〉 maken met scherp voorwerp ⇒ kerven; slijpen; (bij)snijden/knippen/hakken; boren; graveren; snijden 〈 grammofoonplaat〉; 〈 bij uitbreiding〉 opnemen, maken 〈 grammofoonplaat〉5 〈 benaming voor〉 inkorten ⇒ snijden (in), couperen 〈 boek, film e.d.〉; afsnijden 〈 route, hoek〉; besnoeien (op), inkrimpen, bezuinigen6 〈 benaming voor〉 stopzetten ⇒ ophouden met; afsluiten, afsnijden 〈 water, energie〉; uitschakelen, afzetten9 negeren ⇒ veronachtzamen, s laten liggen♦voorbeelden:cut the tape • het lint doorknippencut free • lossnijden/kappen/hakken; bevrijdencut someone loose • iemand lossnijden/losmakencut open • openhalen/rijtencut away • wegsnijden/hakken/knippen; snoeiencut in half/two • doormidden/in tweeën snijden/knippen/hakkencut into halves/thirds/pieces • doormidden/in drieën/in stukken snijden/knippen/hakkencut a way through the jungle • zich een weg banen door de jungle3 cut a record • een plaat maken/opnemencut one's initials into something • zijn initialen ergens in kervenmy wage was cut • mijn loon is verlaagd9 cut someone dead/cold • iemand niet zien staan, iemand straal negeren -
9 element
n. element; bestanddeel[ ellimmənt]1 element ⇒ onderdeel, (hoofd)bestanddeel♦voorbeelden:in one's element • in zijn elementout of one's element • als een vis op het drogeII 〈meervoud; the〉 -
10 kilocalorie
n. kilocalorie, Cal of kcal, hoeveelheid warmte die nodig is om een kilogram water een graad te verwarmen, 1000 caloriën -
11 volume
-
12 Ausfluss
Ausfluss〈m.〉♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Турецкий
- Французский